zwangerschap
1. Wat zijn de onderdelen van de baarmoeder met daarin de embryo?
Dit plaatje is van de baarmoeder met embryo er bij in.

Figuur 15 : Dit is een plaatje waar je de onderdelen van de baarmoeder ziet met embryo.
- De placenta: De placenta is een zeer belangrijk orgaan. Het zorgt ervoor dat de zwangerschap instant blijft. Het geeft je baby voedingstoffen en zuurstof.
- Bloedvaten van de foetus: De bloedvaten van het ongeboren kind.
- Villi (vlokken): Vlokken zijn chorionvlokken. Een chorionweefsel vormt de placenta. Dit ziet er heel vlokkerig uit vandaar de naam. We nemen tijdens de zwangerschap wat vlokken weg, hierbij wordt de vruchtzak met daarin de foetus niet beschadigt. Met deze vlokken kunnen we kijken of het kind geen afwijkingen heeft.
- Placenta-membraan: De placenta bestaat uit 2 delen die door de membraan van elkaar gescheiden worden.
- Navelstreng: De navelstreng is de verbinding tussen de baby en de placenta. Zo krijgt de baby via de navelstreng voedingsstoffen en zuurstof.
- Intervalleuze ruimte: De intervalleuze ruimte is een grote lagune met moederlijk bloed en bloed in de placenta.
- de bloedvaten van de moeder: Bloedvaten zijn slagaders, aders en haarvaten.
2. Welke delen van de baarmoeder beschermen de embryo?
Het embryo wordt beschermt tegen stoten door het vruchtwater en de vruchtvliezen. De placenta biedt bescherming tegen schadelijke stoffen en ziekteverwekkers. Als een embryo sterft krijgt de vrouw een miskraam.
3. Welke stoffen worden er uitgewisseld in de moederkoek tussen het bloed van het embryo en het bloed van het moeder?
De placenta word ook wel de moederkoek genoemd. Hierdoor worden er stoffen tussen de moeder en het kind uitgewisseld. De embryo heeft nu zijn eigen bloed en zal op de stoffen na niet in aanraking komen met het bloed van de moeder. Er zijn bepaalde stoffen die worden doorgegeven aan het kind. De ene stof wordt niet doorgegeven en de andere wel. Voedingstoffen worden doorgegeven aan de embryo door middel van de moederkoek. Afvalstoffen worden op dezelfde weg terug afgevoerd. Ook hormonen en antistoffen worden doorgegeven aan de hand van de moederkoek. Er is geen direct bloedsomloop van moeder tot kind. Als dat wel zo zou zijn en ze zouden allebei een andere bloedgroep hebben kan dat fatale gevolgen hebben voor het kind.

Figuur 16: Hier zie je een pasgeboren een baby met de placenta er nog aan.
4. waarom kunnen zwangere vrouwen beter geen alcohol drinken?
Het gebruik van alcohol is slecht voor u kind zowel. Als de vrouw of de man die alcohol drinkt heeft het een slechte invloed op het kind. Als u zwanger bent en u drinkt alcohol kan dit invloed hebben op de ontwikkelingen van het kind. Het probleem van alcohol drinken is dat het hoeveelheden schadelijk zijn voor het kind. Dit gebeurt er als je er 2 per dag drinkt bij een vrouw:
- De functie van de lever verslechterd.
- Het remt de eiersprong waardoor er minder kans is op zwangerschap.
- Onder invloed van alcohol kan de menstruatie onregelmatig worden of stoppen.
- Er kan zijn dat de overgang daardoor vervroegd raakt.
Dit gebeurt er bij een man:
- De zaadcellen nemen af.
- De zaadcellen hebben minder kwaliteit omdat ze zich minder goed kunnen ontwikkelen.
- Je hebt minder zin in seks.
Alcohol komt snel via de placenta bij het ongeboren kind aan. De schade van u kind ligt eraan hoeveel u drinkt per dag. Je hebt 3 soorten wat er kan gebeuren met het kind.
- Foetaal alcohol syndroom.
- Foetale alcoholeffecten.
- ontwenningsverschijnsels
Het foetaal alcohol syndroom heeft de volgende afwijkingen
- Het kind is kleiner en lichter dan verwacht en daardoor gevoeliger voor infecties.
- Een opvallende typische misvorming in het gezicht.
- Het kind kan hartafwijkingen hebben
- Op latere leeftijd een geestelijke achterstand.
- Gedragsproblemen zoals leren, concentratie, dingen onthouden en oplossingen bedenken.
- Het kind kan spraak-gehoorstoornissen hebben.
Het foetale alcoholeffecten is de mindere variant van hier boven. Deze kinderen hebben vaak de zelfde geestelijke achterstanden maar kunnen hier vaak over heen groeien. Ze hebben niet de lichamelijke achterstanden. Als de moeder veel drinkt aan het einde van de zwangerschap kan het kindje gaan trillen, slaapproblemen krijgen en huilen

Figuur 17 : hier zie je een paar glazen met alcohol.
5. Hoe kunnen baby's drugsverslaafd worden?
Drugs heeft een negatieve invloed op de zwangerschap op moeder en kind. Dit wordt veroorzaakt door:
- Het drugsgebruik zelf
- De omstandigheden die te maken hebben met drugsgebruik.
Van de moeder is dit het. Gevolg van van het gebruik van verdovende middelen zoals: morfine, methadon en heroïne tijdens de zwangerschap.
- Een verhoogde kans op een miskraam of een vroeggeboorte.
- Het geboren kind is lichter op basis van de zwangerschap.
Gevolgen van opwekkende middelen zoals : LSD, ecstasy, amfetamine, en cocaïne.
- Een verhoogde kans op een miskraam.
- Een verhoogde kans op een vroeggeboorte.
Van cocaïne is aangetoond dat er een vergrote kans is op afwijkingen aan de placenta . Hierdoor is de kans grotere op:
- Een loslatende placenta
- Het vroegtijdig breken van de vliezen of de bekken.
De moeder heeft door drugsgebruik tijdens de zwangerschap een grotere kans op:
- Hersenbloeding
- Hoge bloeddruk
- Zwangerschapsvergiftiging.
- Een soort epileptische aanvallen.
- Vocht achter de longen.
Dit is er wat er met het kind gebeurt.
De gevolgen van een kind als de moeder verdovende middelen slikt.
- Het kind is lichter.
- Het kind is ook verslaafd in de buik door drugs en daardoor is er tussen de 60 en 95 % kans op onthoudingsproblemen.
- Gedragsstoornissen op latere leeftijd.
- Hyperactief
- Concentratieproblemen.
- Achterstand in bepaalde dingen.
Deze afwijkingen kunnen er ook nog komen:
- De nieren
- De urinewegen
- De geslachtsdelen
- Maag-darm kanaal
- De ledematen
- Het hart
- Het gezicht
6. Wat is het verschil tussen een eeneiige en een twee-eiige tweeling?
Een eeneiige tweeling bestaat uit 1 eicel en een twee-eiige tweeling uit 2 eicellen. Een eeneiige tweeling hebben de zelfde genen. Een twee-eiige tweelingen kun je vergelijken als broes en zussen die op de zelfde dag geboren zijn.
- De eeneiige tweeling:
De eeneiige tweeling is altijd van het zelfde geslacht dus 2 jongens of 2 meisjes. Maar als je 2 meisje of 2 jongens hebt hoeft het nog niet perse eeneiige te zijn. Een eeneiige tweeling lijkt op uiterlijk heel erg op elkaar vaak zijn ze moeilijk uit elkaar te halen. Ze hebben dezelfde huidskleur, de oogkleur, de kleur haren en de bloedsomloop. Er kunnen een paar dingen gespiegeld zijn bijvoorbeeld dat de ene linkshandig is en de ander rechtshandig. Ook kunnen de organen gespiegeld zijn. Het karakter kan ook anders zijn. Dat komt door vrienden en vriendinnen en je omgeving.
- De twee-eiige tweeling:
Het twee-eiige tweeling kan een meisje en een jongen zijn maar ook een 2 meisjes en 2 jongens. De twee-eiige tweeling kan op elkaar lijken maar hoeft niet. Net zoals sommige broertjes en zusjes op elkaar lijken. Er zijn een aantal tweelingen waarvan de ene huidskleur blank is en de andere een wat getinte huidskleur heeft. Dit kan als de ouders niet dezelfde huiskleur heeft.
7. Wat wordt er tijdens de bevalling met ontsluiting bedoeld?
Voordat er ontsluiting kan plaats vinden moet eerst de baarmoederwand verweken. De eerste 4 cm is de ontsluiting best rustig. De weeën komen ongeveer om de 4-5 minuten. Ze zijn meestal in het begin nog niet sterk genoeg. Na de eerste 4 cm gaat het heel snel. De weeën beginnen pijnlijker te worden. Ze duren langer en komen meestal om de 3 minuten. De weeën houden dan ongeveer 1 tot anderhalf minuut vol. Dan komt de ontsluiting met ongeveer 1 cm per uur. Na een aantal uur beginnen de weeën nog korter op elkaar te komen. Veel vrouwen kunnen deze periode niet meer verdragen en geven over. Als de ontsluiting helemaal klaar is heb je ongeveer 10 cm ontsluiting. Meestal heb je dan volledige ontsluiting en heb je het gevoel dat je moet poepen. Dan komt langzaam het kindje.
8. Welke processen vinden er plaats tijdens de bevalling?
Een natuurlijke bevallingen bestaat uit 3 fases.
- De ontsluiting
- De uitdrijving
- De nageboorte
De meeste bevallingen beginnen tussen de 37 en 42 weken.
De ontsluiting: Onder invloed van het hormoon oxytocine starten de ontsluitingsweeën. Deze weeën zorgen ervoor dat de baarmoedermond opengaat zodat de baby er doorheen kan. Als je meer informatie hierover wilt moet u het stukje hierboven lezen.
De uitdrijving: Als de ontsluiting groot genoeg is dan gebeurt de 2e fase van de bevalling. Na de ontsluitingsweeën komen de persweeën. In het begin kon je alles een beetje laten ontspannen maar nu moet je actief meedoen. Daarom krijg je soms pijnstillers in de eerste fase maar niet tijdens de laatste fases want je moet wel voelen wat je doet tijdens de zwangerschap. Als je volledige ontsluiting hebt dan kun je beginnen met persen. Doordat de buikspieren zich samentrekken en helpen het kindje uit de baarmoeder te duwen. Het gevoel dat je moet poepen wordt steeds erger omdat het hoofdje steeds dieper gaat liggen en tegen de anus drukt.
De nageboorte: Bij de nageboorte moeten de placenta en de vliezen er nog uit. Er zijn meestal nog een paar weeën nodig om ervoor te zorgen dat de baarmoeder samentrekt zodat de placenta loskomt van de baarmoederwand en uitgeperst wordt. Meestal is de placenta los na 20 minuten. duurt het langer dan een uur dan moet de nageboorte verwijderd worden. Dan gaat de gynaecoloog met de hand in de vagina en haalt de placenta en haalt het er uit. Er hoeft dus niet geopereerd te worden. De nageboorte wordt goed nagekeken of er geen bijzonderheden zijn.
Maak jouw eigen website met JouwWeb