Je lijkt op

1. Wat zijn chromosomen?

In iedere cel van je lichaam zitten chromosomen. Een chromosomen is een erfelijk stuk van een orgaan. De mens heeft 2 sets met chromosomen in elke set zitten 23 chromosomen. Waarbij er 1 van de moeder en 1 van de vader. De man en de vrouw hebben 2 verschillende chromosomen de man heeft 1 x chromosoom  1 y chromosoom  en een vrouw heeft 2 x chromosomen. dit bepaald het geslacht van een vrouw. Als er 2 keer een x wordt gegeven als chromosoom dan wordt het een meisje. En als het een x en een y is dan wordt het een jongen.

figuur 18: hier zie je wat chromosomen. 

Figuur 19: hier zie je wat de vrouw afgeeft en wat de man afgeeft en wat het dan word als ze iets afgeven.

2. Hoe kan je zaadcellen, eicellen, lichaamscellen herkennen bij een meisje of jongen?

De zaadcel: De zaadcel bevrucht de eicel. Maar voordat hij daar is moet hij bochten en wegen door.  Er is nier perse een kenmerk dat je het kan herkennen. 

De eicel: De eicel wordt bevrucht door de zaadcel. Als hij dat heeft gedaan gaat hij zich innesteling. Je kan Hier ook niet echt een kenmerk herkennen. 

De lichaamscellen: Lichaamscellen hebben 23 chromosomen.  Je kan ze niet zien behalve als je ze onder de microscoop. Je ziet ze niet zonder een microscoop omdat ze zo klein zijn. 

3. Hoeveel chromosomen zitten er in eicellen en zaadcellen? 

Elk lichaamscel bevat 46 chromosomen behalve de eicel en de zaadcel. Die hebben er maar 23. Dit komt doordat er deling is 1 lichaamscel en 2 eicellen of zaadcellen. Er komen 23 chromosomen van de vader en 23 van de moeder. Als die bij elkaar smelten heeft het kind gewoon weer 46 chromosomen.

4. Wat is een allel? 

Een allel is een bepaalde variant van een gen. Een gen heeft een bepaalde erfelijke eigenschap. Waarbij er verschillende versies waarbij er sommige gevolgen kan hebben. Elke uitvoering van een gen heet een allel. 

5. Wat is een fenotype en je genotype? 

Het fenotype zijn alle waarneembare uiterlijke eigenschappen van een orgasme. Dit wordt bepaald door je genotype en dat zijn je genen maar er zijn ook invloeden van buitenaf bijvoorbeeld als je je haar kleurt of je zet een tattoo dan veranderd de kleur van je lichaam. Dit heet het milieu ( de omgeving). Deze 2 dingen bepalen je fenotype (uiterlijk ).  

6. Wat is het verschil tussen een aangeboren ziekte en een erfelijke ziekte? 

Er is een tussen een aangeboren of erfelijke ziekte. Soms is het verwarrend om te zien of het een aangeboren of een erfelijke ziekte.  Dingen die erfelijk zijn worden doorgegeven door de genen.  Aangeboren aandoeningen: 

  • Het stoornissen bij de genen
  • Het te kort aan bepaalde voedingsstoffen. 
  • Infecties 
  • Zuurstof gebrek.
  • Een auto ongeluk. 
  • Roken, alcohol, drugs en medicijnen. 

Erfelijke aandoeningen zitten vaak in de familie maar hoeft niet. Erfelijke aandoeningen: 

  • Als de moeder ziek is en de vader wordt het kind ook ziek. 
  • Als de vader gezond is en de moeder ziek of andersom dan is het kind wel gezond maar draagt de ziekte wel met zich mee. 
  • Als de vader gezond is en de moeder de drager van een ziekte maar wel gezond wordt het kind 50% drager en 50% gezond. 
  • Als de moeder ziek is en de vader een drager is het kind 50% ziek en 50% een drager. 
  • Als de moeder een drager is en de vader ok een drager is dan is er 25% kans  op een ziek kind 50% drager en 25% gezond. 

Maak jouw eigen website met JouwWeb